Table of Contents
Video bekijken: “How to Blanket Stitch an Appliqué” door RokoleeDIY
Een appliqué vastzetten kan zo veel mooier — én steviger — met de festonsteek. In deze handleiding lopen we exact mee met de video en vertalen we elke beweging naar duidelijke stappen. Zo krijg je een strakke, decoratieve rand zonder gedoe.

Wat je leert
- De juiste materialen kiezen en je appliqué voorbereiden
- De allereerste festonsteek zetten en de richting bepalen
- Rondingen mooi en gelijkmatig afwerken
- Draad veilig afhechten zonder bobbels op de voorkant
- Slimme checks en tips tegen ongelijkmatige steken
H2: Wat is festonsteek-appliqué? De festonsteek (blanket stitch) vormt een dubbel effect: een verticale steek langs de rand en een horizontaal draadje op de stofrand. Hierdoor ontstaat een sierlijke, beschermende rand rond je appliqué. In de video wordt een klein vilten cirkeltje op een vilten ondergrond genaaid — ideaal om het principe helder te zien.
Let op
- De festonsteek is decoratief: kies dus draad die gezien mag worden.
- Niet rafelende stoffen (zoals vilt of fleece) geven het netste resultaat.
H2: Voorbereiding: materialen en opstelling Werk met niet-rafelende stoffen zoals vilt of fleece. Kies een duidelijke draad, bijvoorbeeld borduurgaren (embroidery floss) of een katoenen haakkatoen; in de video wordt size 8 katoen gebruikt. Een borduurnaald werkt fijn omdat die een groter oog en een scherpe punt heeft.

Pro tip Gebruik voor grotere of lastige vormen spelden of een tijdelijke textiellijm, zodat je appliqué vlak blijft liggen tijdens het naaien.
Snel check
- Ligt de appliqué vlak op de ondergrond?
- Is je draadlengte voldoende? De maker gebruikt graag een draad die minstens vijf keer de randlengte is.
Als je normaal machinaal borduurt, herken je misschien hulpmiddelen als een magnetisch borduurring of een magnetic hooping station. Voor deze handmatige techniek heb je ze niet nodig, maar het denken in ‘klemmen en randcontrole’ helpt wél bij het strak positioneren.

H3: Draad voorbereiden Knoop één uiteinde van je draad en rijg het andere uiteinde door de naald. In deze tutorial blijft de knoop op de achterkant van de stof; dat is snel en praktisch bij vilt.
H2: Stap-voor-stap: zo maak je de festonsteek H3: De allereerste steek 1) Bepaal je steeklengte (ongeveer 5 mm of 1/4 inch is gebruikelijk). Steek de naald vanaf de achterkant naar voren door de ondergrond, vlak naast de rand van de appliqué. De knoop blijft zo achter.

2) Steek door beide lagen stof, op een afstand van de rand die gelijk is aan je gewenste steeklengte.

3) Houd een klein lusje over aan de oppervlakte en breng de naald terug zó dat die in de lus komt. Werk je rond een cirkel met de klok mee, dan ga je met de naald tegen de klok in door de lus.


4) Trek de draad aan tot de verticale steek netjes staat en het horizontale draadje strak op de rand ligt.


Let op Het gaat telkens om hetzelfde ritme: prik – lus laten – door de lus – aantrekken. De maker benadrukt dat je bij het aantrekken de draad recht boven de steek houdt; zo plaats je de horizontale draad precies waar je hem wilt hebben.
H3: Het ritme herhalen Ga verder met dezelfde volgorde: omlaag door beide lagen, weer omhoog vlak aan de rand, lus laten, door de lus, aantrekken.

Pro tip Bij rondingen (zoals in de video) laat je alle steken naar het middelpunt van de cirkel wijzen. Zo oogt het geheel symmetrisch en strak.

Soms helpt het om met de punt van je naald het liggende draadje subtiel te ‘kammen’ zodat het mooie hoekje ontstaat. Houd de draad ontspannen; te hard trekken kan de rand laten golven.

Snel check
- Is je steeklengte en tussenruimte gelijkmatig?
- Ligt het horizontale draadje telkens precies op de rand?
- Bij rondingen: wijzen je steken naar het centrum?

H2: Rondingen en ritme: consistentie bewaren Traditioneel is de afstand tussen de steken gelijk aan de lengte van de verticale steek. In de video geeft de maker aan dat je daarmee kunt spelen: dichter op elkaar voor een dicht decoratief effect, of wat ruimer voor een luchtige look. Het belangrijkste is dat je richting en ritme constant blijven.
Let op Plan de laatste paar steken. Kijk een handvol steken vooruit om te voorkomen dat je eindigt met een onhandige, veel te brede of juist te krappe laatste tussenruimte.
H2: Afwerken en afhechten Wanneer je rond bent, ga je nog eens ‘over’ de allereerste steek; je steekt in en uit op precies dezelfde punten als bij je start. Dat maakt de overgang onzichtbaar en verstevigt het beginpunt.

Daarna steek je de naald vlak naast de appliqué naar de achterkant. Zorg dat de naald binnen de randdraad blijft — dus aan de ‘binnenkant’ van het horizontale draadje — zodat de voorkant strak blijft. Maak achterop twee knoopjes door de naald onder een paar bestaande draden te schuiven, een lusje te trekken en daar weer doorheen te gaan. Dan afknippen.


Let op Werk je op een dunne stof, dan verkiezen sommige borduurders een start zonder knoop (mini-ankerstekjes achterop). In vilt is een knoop praktisch en onzichtbaar vanaf de voorkant.
H2: Veelgemaakte foutjes oplossen
- Ongelijke steken: Gebruik je naaldpunt als ‘maatstokje’. Prik telkens op dezelfde afstand van de rand en spiegel die afstand voor de tussenruimte.
- Draad die niet op de rand blijft liggen: Trek recht omhoog boven de steek en leg het horizontale draadje meteen terug tegen de rand. Eventueel even bijsturen met de naald.
- Te strakke ronding: Ontspan je hand; trek de lus aan tot de draad net strak ligt, niet verder.
- Te weinig ruimte aan het einde: Kort voor het einde de verdeling bijstellen met iets kortere of langere tussenruimtes. Beter kleine aanpassingen dan één grote sprong.
Uit de reacties
- “Ga je bij elke steek door de lus?” Ja, bij elke steek ga je door de lus; soms lijkt het op camera alsof het niet zo is, maar dat komt doordat de draad vanzelf goed valt.
- “Onzichtbare steek voor jeanspatches?” Een whipstitch met bijpassende kleur werkt vaak praktisch onzichtbaar; een ‘invisible stitch’ kan ook, afhankelijk van je stofdikte.
- “Welke draad?” In de video is size 8 cotton (Anchor Pearl Thread) gebruikt; embroidery floss is ook heel gangbaar.
- “Hoeveel strengen voor katoen op katoen?” Als uitgangspunt ongeveer 3 strengen borduurgaren; altijd even testen op een proeflapje.
H2: Creatieve toepassingen
- Home deco: Werk vilten vormen op kussens, onderzetters of wandhangers af met een contrasterende festonsteek voor een grafisch effect.
- Kleding: Verstevig kniestukken of elleboogpatches op fleece- of sweatshirtstof; de decoratieve rand geeft extra karakter.
- Cadeaus: Maak gepersonaliseerde vilten labels of ornamenten; de festonsteek houdt randen mooi en rafelvrij.
Handnaaiers die ook met machines werken zullen de parallel zien met klem en randcontrole. Wie gewend is aan systemen zoals mighty hoops of een brother magnetic frame bij machinaal borduren, herkent hoe belangrijk stabiele randbegeleiding is — ook met de hand. Deze tutorial blijft wel volledig bij handmatig festonneren rond appliqué.
Pro tip Werk met een kleurcontrast dat ‘spreekt’. De festonsteek mag gezien worden; kies gerust een draad die een schaduw of randaccent toevoegt.
H2: Uit de reacties: vragen beantwoord
- Ga je bij elke steek door de lus? Ja. Het ritueel is altijd hetzelfde: prik, lus laten, naald door de lus, aantrekken (video: ± 02:08).
- Moet ik tegen de klok in of met de klok mee door de lus? Beide termen (anti-/counterclockwise) slaan op dezelfde richting; kies de route passend bij jouw naairichting.
- Wat als ik links ben? Het principe blijft identiek; spiegel desnoods de richting waarin je werkt zodat het aanspannen natuurlijk voelt.
- Alternatief voor onzichtbaar aanzetten? Voor jeanspatches werkt een whipstitch met bijpassende kleur meestal het minst zichtbaar.
- Katoenen quiltblok (Dresden Plate) op katoen? Het kan prima; test de draaddikte (bijv. 3 strengen borduurgaren) op een reststuk.
H2: Snel check: meetlatje voor succes
- Steeklengte: rond 5 mm is een mooi uitgangspunt, maar variëren mag.
- Richting: op rondingen naar het middelpunt gericht voor symmetrie.
- Draadpositie: horizontaal draadje netjes óp de rand.
- Eindsprint: laatste steken vooraf plannen voor gelijke tussenruimtes.
- Afhechten: op de achterkant twee knoopjes en kort afknippen.
Tot slot Blijf het ritme voelen: prik – lus – door de lus – aantrekken. Na een paar rondjes gaat het als vanzelf. En als je naast handwerk ook graag machinaal borduurt: accessoires als een snap hoop monster of bernina magnetisch borduurring blijven natuurlijk ideaal voor het klemmen van stof in de machine — maar voor appliqué met de hand heb je genoeg aan een goede naald, zichtbare draad en wat geduld.
Extra noot voor machinefans Werk je merkgebonden? Dan ken je vast termen als janome magnetisch borduurring of simpelweg mighty hoop. Voor dit project heb je ze niet nodig, maar het principe van strakke randcontrole is exact hetzelfde: stabiel positioneren geeft het mooiste resultaat.
Tip voor wie combineert Heb je zowel hand- als machineprojecten? Denk dan aan workflow: eerst met de hand appliqué opzetten met festonsteek, en pas daarna eventueel machinale details toevoegen. Een snap hoop monster of ander klemframe helpt je stof dan vlak in de machine te houden — al blijft deze gids gericht op handwerk.
